Kat Mees heeft een geknakt oor.
Aan de linkerkant staat het fier rechtop haarscherp te luisteren, aan de rechterkant hangt het als een natte lap langs het hoofd.
De dierenarts wordt geraadpleegd.
Bloed-oor is haar conclusie. Slechts operatief te verhelpen.
Dus wordt Mees de volgende ochtend klagelijk miauwend in een kattenmandje afgeleverd.
Die avond tref ik hem met een lampenkap trechter aan het hoofd gebonden thuis weer aan.
Groggy van de narcose springt ze naar de rand van de kast waar ze direct via de omvang van haar kap weer vanaf stuitert.
Hij schud zijn kop en slaat achterover door het gewicht. "Twee weken" zegt mijn vrouw. "Twee weken moet dat ding om blijven."
Ik kijk naar het geopereerde oor diep in de kap. Er zit een soort geel piepschuim aan vast geniet wat als een klepel klappert als de kat zijn hoofd schud.
Bij het sluipen over de vensterbank worden een serie fotolijstjes weggevaagd.
Hoe moet ie eten? vraag ik bezorgd.
Maar het bakje brokjes past precies binnen de omvang van de trechter.
Intussen doet de kat een zesde poging langs de stoelpoten te lopen.
Maar de ronding van de kap laat haar steeds weer terug stuiteren.
Twee weken zucht ik. Dat wordt een hel voor het beest, en voor ons.
`
De hond heeft aan de kat plots een makkelijke prooi.
Normaal gesproken is een te dichte toenadering genoeg een haal over de neus te krijgen.
Maar de kap zit in de weg.
Als het beest nog ziek van de narcose het die dag genuttigde voedsel begint uit te kotsen begint de trechter zich te vullen met een grijsbruine drab.
Gadver....
De kap moet er even af om schoongemaakt.
Maar Mees heeft vier poten die dit niet zomaar gewillig laten gebeuren.
De kap zit met een ingenieus kliksysteem aan elkaar verbonden.
Een afstudeer opdracht voor een dierenarts in opleiding.
Alle nageltjes worden intussen uitgezet en uitgehaald terwijl ik de palletjes uit de gleufjes van de kap probeer te verwijderen.
Een kwartiertje later zit er een schone kap weer om een klagend miauwend hoofd.
Even pleisters en douchen voor het baasje.
Fris gewassen onderweg naar beneden loopt kat mees me zonder kap de trap op tegemoet.
Een halve week gaat voorbij.
Het oor riekt.
Toch maar weer even langs de dierenarts voor een antibiotica kuurtje en een zalfje.
Twee maal per dag aan te brengen in het oor.
Dagelijks wordt het beest daarom in een deken in bedwang gehouden om het oor te smeren.
Hier zijn minimaal twee geduldige mensen bij nodig.
Een die de kat vasthoud. En de ander die in het friemelend hoofd het oor in de trechter weet te lokaliseren om daarin de zalf aan te brengen.
Twee maal daags dreigt een huwelijkscrisis.
"Houd dat beest dan ook stil". "Ik kan niet bij het oor als ie zijn kop intrekt". "Er hangt een nagel in mijn trui." , "Nu zit er overal zalf behalve in zijn oor".
Inmiddels nog maar een paar dagen voor de kap eraf mag.
De kerstdagen werden met een stevig op corona gelijkend griepje doorgebracht.
De kat heeft zich intussen in zijn lot berust.
Hij slaapt met door trechter versterkt knorrend geluid languit liggend op een stoel. Af en toe kleppert hij even mijn zijn oor.
De hond slaapt door het vuurwerk heen die nacht.
Gelukkig 2022.
Dat het een gezond jaar mag worden voor een ieder. Mens en dier.